4 – 5 minuten

6 reacties

Mijn eerste congres ‘na alles’. Acht maanden na de begrafenis van mijn man. Drie maanden na mijn laatste chemo. Ik moest vooraf echt mijn onderzoek herontdekken. Alsof het uit een andere, parallelle,  wereld stamt terwijl het vroeger zo intens belangrijk voor mij was. Samen met mijn ‘baas’ heb ik mijn gegevens vooraf doorgenomen, ik begreep mijn eigen onderzoek eerst niet meer. Rouw en chemo doen niet veel goeds voor je denkvermogen.

Daar sta ik dan, mooi jurkje, goede PowerPoint, bij de presentatie weet ik mijn chaosbrein bij elkaar te pakken en doe ik mijn verhaal. Oké, ik moet soms zoeken naar woorden, mijn ‘wetenschappelijk Engels’ is nog wat onzeker.  Maar ‘het lukt’.

Achteraf krijg ik inhoudelijke vragen en complimenten. Het is ‘net echt’. Ook in de pauze zijn verschillende mensen geïnteresseerd in mijn onderzoek. Ik voel mij blij, sta strak van adrenaline, dit congres is een grote stap in mijn professionele herstel.

Wijnwaterval

Ik besluit tot de borrel te blijven. Daar praat ik met een onderzoeker die ik graag mag. We nemen een witte wijn en een hapje. Terwijl we in de drukte staan vraagt ze: ’Hoe is het met je bandje?’

Het is alsof ik een stomp in mijn gezicht krijg. Frontaal. Ik voel de tranen stijgen.

Ze kijkt mij aan. ‘Er is iets niet goed’, zegt ze, maar ze snapt het niet. ‘Ik herinner het mij van vorig jaar’, zegt ze, ‘toen vertelde je daarover.’ Ik knik. Ik wil spreken maar het lukt niet.

En met dat er naast mij een dienblad vol glazen wijn op de grond stort, huil ik.

Midden op de receptie. In slowmotion stap ik nog uit de wijnwaterval. Alle ogen gaan onze kant op vanwege de wijnravage. Ik draai mijn huilgezicht een beetje weg.

Mijn stem komt terug: ‘Ik zat met mijn man in dat bandje en hij is overleden’. Sinds hij ziek werd heb ik geen noot meer gespeeld, overdenk ik. Er is een gat in mijn leven geslagen. Wat jarenlang de gewoonste zaak van de wereld was is nu onmogelijk geworden. Ze schrikt. Ik vertel haar de rest ook maar. Ze schrikt nog meer, ze wist niet dat ik ook een ziekte heb.

Dan vraag ik hoe het met haar is. Ze vertelt dat haar relatie uit is en haar kat (op hoge leeftijd) dood. ‘Ik win’, zeg ik en moet lachen. Zij vindt ook dat ik win. Dan lachen we samen, een beetje hysterisch denk ik. Ik huil nu tranen van het lachen en zij ook. ‘Wat stoer dat je die presentatie net gaf, en wat goed’, zegt ze.

Ik verbaas mij. Wat is de scheidslijn  tussen professioneel functioneren, sociaal adequaat ‘babbelen’, en huilen en hysterie maar dun (bij mij). Ik val zo over de rand.

Wankel

Het ziek-zijn en overlijden van mijn man was plotseling. Dat maakte de schok nog groter.  Ik merk dat ik het verdriet in ‘porties’ toelaat, het zou anders te veel zijn. En soms overvalt zo’n portie mij. Dan wankel ik. Zou ik alles tegelijk voelen dan zou ik vallen. Vallen moet ik zien te voorkomen want ik moet overleven, ik moet door.

Het voelt alsof ik op een zoektocht ben, waar laat ik het verdriet toe en waar grijp ik mijzelf vast aan ‘het leven’?

Ik ben er nog lang niet, stapje voor en weer naar achteren, maar ik blijf in beweging.  Op deze borrel heb ik het verlies van mijn man in alle hevigheid ervaren. Het was wel fijn om even samen te huilen. Ik moet nieuwe stappen blijven zetten en die zijn nog wankel, als Bambi op het ijs.  Ik slinger op en neer tussen intens ervaren van  verdriet en het oppakken van het leven. Geen idee of dat ‘normaal’ is, maar het is zoals het is en ik laat het maar gebeuren.

Swanny Kremer

Een artikel van


6 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Wow Swanny wat heftig om jouw struggle te lezen. Wat kan het leven meedogenloos 360 graden draaien.
Ik vind het heel goed beschreven hoe fragiel de lijn kan zijn tussen functioneren en ineens instabiel raken. Het zijn mokerslagen die je incasseert en ik heb ongelooflijk veel respect voor je!! Ik hoop dat de moed om je niet zwak te voelen je over je kwetsbaarheid heen kunt zetten. Je bent echt een voorbeeld voor anderen door je zo uit te spreken.
Swanny heel veel sterkte!

Dank je wel Annemiek, ik vind het iedere keer inderdaad spannend om mijn kwetsbaarheid zo te tonen. Maar ik denk dat het goed is, iedereen is in principe kwetsbaar (dus het mag er zijn 😉 – heb ik maar besloten- )